Inspirerende Bezwaarschriften tegen Windturbines: Hoe Burgers Opkomen voor hun Leefomgeving
- Tom Casteur
- 9 mrt
- 10 minuten om te lezen

De plaatsing van megawindturbines in Vlaanderen roept steeds meer bezorgdheid en verzet op bij omwonenden. Overal in het land nemen burgers het heft in eigen handen door goed onderbouwde bezwaarschriften in te dienen tegen windmolenprojecten die te dicht bij woningen, natuurgebieden en kwetsbare leefomgevingen worden gepland.
Het indienen van een bezwaarschrift is een cruciale stap in het proces om een vergunning tegen te houden of strengere voorwaarden af te dwingen. Maar hoe stel je een sterk en juridisch onderbouwd bezwaarschrift op? Om je te inspireren, delen we hier enkele krachtige voorbeelden van bezwaarschriften die met succes de impact van megawindturbines aanvechten.
Van argumenten over gezondheidsrisico’s door geluidsoverlast en infrasoon geluid tot juridische precedenten over afstandsnormen en ruimtelijke ordening, deze voorbeelden tonen hoe burgers effectief bezwaar maken tegen windturbineprojecten. Laat je inspireren door deze bezwaarschriften en ontdek hoe je zelf een sterk verweer kunt opstellen tegen onrechtmatige windmolenvergunningen.
📌 Bekijk hieronder enkele krachtige bezwaarschriften ter inspiratie! 🚀
Voorbeeld 1: Geachte,
Met dit schrijven wens ik mijn bezwaar kenbaar te maken tegen de vergunningsaanvraag met dossiernummer 2024108940 voor de bouw van een windturbine in het Kampveldgebied te Oostkamp. De aanvraag bevat fundamentele gebreken op het vlak van volksgezondheid, natuurbehoud, ruimtelijke ordening en juridisch sluitende effectbeoordeling. Het voorgestelde project staat haaks op de principes van een evenwichtige en verantwoorde ruimtelijke ontwikkeling en mag niet worden goedgekeurd.
De locatie waarvoor de vergunning wordt aangevraagd, ligt in een landelijke omgeving waar de impact van een dergelijke installatie veel groter is dan in een industrieel of stedelijk gebied. De nabijheid van woningen en agrarische percelen maakt dat de hinder voor omwonenden onaanvaardbaar hoog zal zijn. Windturbines veroorzaken niet alleen geluids- en zichtoverlast, maar hebben ook aantoonbare gezondheidsgevolgen, zoals slaapverstoring en verhoogde stressniveaus. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft herhaaldelijk gewezen op de gevaren van langdurige blootstelling aan windturbinegeluid boven 45 dB L_den, waarbij een verhoogd risico op cardiovasculaire aandoeningen werd vastgesteld. In deze regio, waar de achtergrondgeluiden ’s nachts laag zijn, zal de verstoring des te sterker worden ervaren. Bovendien is er onvoldoende rekening gehouden met infrasoon geluid, een laagfrequente trilling die zich over lange afstanden verspreidt en binnenshuis kan worden versterkt. Dit heeft niet alleen gevolgen voor het slaapritme, maar wordt ook in verband gebracht met een verhoogde mate van stress en hoofdpijnklachten bij langdurige blootstelling. Ondanks deze wetenschappelijke bevindingen heeft de aanvrager de effecten van infrasoon geluid onvoldoende onderzocht, wat een ernstige lacune in de effectbeoordeling vormt.
Naast de gezondheidsrisico’s vormt de geplande windturbine een bedreiging voor de natuurlijke omgeving en biodiversiteit. De beoogde locatie bevindt zich in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, een zone met specifieke beschermingsdoelen voor flora en fauna. Windturbines staan bekend om hun negatieve impact op trekvogels en vleermuizen, die zich in dit gebied bevinden. Wetenschappelijke studies tonen aan dat windturbines jaarlijks honderden vogels en vleermuizen doden, en dat extra sterftecijfers van slechts 1% per jaar op termijn tot een ernstige achteruitgang van de populatie kan leiden. Dit is strijdig met de instandhoudingsdoelen van Natura 2000 en vormt een directe schending van de Europese Habitatrichtlijn. In verschillende arresten van het Europees Hof van Justitie, zoals Sweetman (C-258/11, 2013) en People Over Wind (C-323/17, 2018), werd geoordeeld dat vergunningen enkel mogen worden verleend indien met absolute zekerheid kan worden vastgesteld dat er geen significante schade zal optreden. In dit dossier ontbreekt die zekerheid volledig, wat de vergunning automatisch niet-vergunbaar maakt.
Naast de ecologische en gezondheidskundige bezwaren is er ook sprake van een manifeste schending van de ruimtelijke ordening en het clusteringbeleid. Windturbines worden in Vlaanderen bij voorkeur geclusterd, zodat hun impact op het landschap beperkt blijft en versnippering wordt tegengegaan. In dit geval is er geen sprake van clustering, waardoor de solitaire plaatsing van de turbine het omgevingsbeeld drastisch en onherroepelijk zal veranderen. In eerdere uitspraken van de Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVb), zoals het arrest omtrent de Barco-site in Kortrijk (2024), werd reeds geoordeeld dat een solitaire windturbine niet zomaar als ruimtelijk verantwoord kan worden beschouwd. Ook in eerdere arresten uit 2019, 2020 en 2021 vernietigde de RvVb vergunningen omdat er geen geldige motivatie was waarom niet voor clustering werd gekozen. Dit project wijkt af van het vastgelegde ruimtelijk beleid, zonder een valabele reden waarom de plaatsing in deze zone noodzakelijk of wenselijk zou zijn.
Een ander fundamenteel probleem in dit dossier is het onvolledige milieueffectrapport (MER) en de schending van het voorzorgsbeginsel. Het Europees recht en de Vlaamse regelgeving stellen dat een vergunning enkel kan worden verleend indien volledig wetenschappelijk onderzoek aantoont dat de impact aanvaardbaar is. In het Waddenzee-arrest (HvJ, C-127/02, 2004) werd onomstotelijk vastgesteld dat geen enkele redelijke wetenschappelijke twijfel mag bestaan over het uitblijven van schadelijke effecten. In dit dossier is er echter een gebrek aan een duidelijke cumulatieve effectenanalyse, terwijl de EU-richtlijn 2011/92/EU (gewijzigd door 2014/52/EU) expliciet vereist dat alle potentiële effecten, ook in combinatie met andere ontwikkelingen, in kaart moeten worden gebracht. Dat is hier niet gebeurd, waardoor de aanvraag onvoldoende onderbouwd is en juridisch kwetsbaar wordt bij beroep.
Daarnaast valt op dat de vergunningsaanvraag deel uitmaakt van een strategische aanpak van de aanvrager om administratieve tegenstand te ontmoedigen. De procedure wordt opnieuw opgestart met minimale wijzigingen, waardoor omwonenden steeds opnieuw bezwaar moeten indienen. Bovendien wordt het openbaar onderzoek steeds gepland in vakantieperiodes, zoals eerder met kerst 2024 en nu opnieuw in de krokusvakantie 2025. Dit belemmert een volwaardige inspraak van de bevolking en zet lokale besturen onder onnodige tijdsdruk. Het feit dat er in deze fase geen informatiesessies werden georganiseerd, terwijl dit bij een vorige aanvraag wél gebeurde, wijst op een bewuste strategie om burgerparticipatie te beperken. Dit is niet in overeenstemming met behoorlijk bestuur en druist in tegen de principes van transparantie en inspraak.
Op basis van deze argumenten is het overduidelijk dat de vergunningsaanvraag niet kan worden goedgekeurd. De volksgezondheid wordt onvoldoende beschermd, de impact op de natuur is onvoldoende onderzocht, de aanvraag schendt het voorzorgsbeginsel en de ruimtelijke inpassing is niet conform het beleid. Bovendien voert de aanvrager een strategie die inspraak bewust bemoeilijkt en lokale besturen onder druk zet. In het belang van de leefomgeving, de natuurwaarden en de rechtszekerheid dient deze vergunning dan ook onherroepelijk te worden geweigerd.
Voorbeeld 2:
Naam: Adres: Datum: 05/03/2025
Bezwaarschrift tegen de Omgevingsvergunning voor Windturbine in Kampveld, Oostkamp
1. Inleiding
Geachte bevoegde overheid,
Namens ondergetekende en mede-omwonenden dienen wij hierbij een bezwaarschrift in tegen de omgevingsvergunningsaanvraag met referentie OMV 2024108940 voor de plaatsing van een windturbine (tiphoogte ca. 235 meter) in het Kampveld te Oostkamp. Als direct belanghebbenden maken wij ernstige bezwaren kenbaar tegen dit project. Wij achten het plan strijdig met het algemeen belang en wijzen op substantiële risico’s en nadelige effecten voor zowel de natuur en het milieu als de menselijke leefomgeving en volksgezondheid. Bovendien stellen wij dat de aanvraag juridisch onvoldragen is en niet beantwoordt aan de vereisten van zorgvuldige ruimtelijke ordening en milieuwetgeving. In dit bezwaarschrift worden de negatieve effecten gedetailleerd uiteengezet en juridisch onderbouwd, zoals men zou verwachten van een gespecialiseerd advocaat in het omgevingsrecht. Wij verzoeken u dan ook met klem om de aangevraagde omgevingsvergunning te weigeren omwille van onderstaande redenen.
2. Juridisch Kader
Bij de beoordeling van deze vergunningsaanvraag moet zij worden getoetst aan het geldende juridische kader op Vlaams, nationaal en Europees niveau. Hieronder lichten wij de belangrijkste rechtsbronnen toe die relevant zijn voor dit dossier:
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) – Artikel 4.3.1 VCRO bepaalt dat een vergunningsaanvraag moet worden beoordeeld in het licht van de geldende bestemmingsplannen en de beginselen van een goede ruimtelijke ordening (Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, 2024).
Omgevingsvergunningsdecreet en Milieuwetgeving – Het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid (DABM) en het Omgevingsvergunningsdecreet schrijven voor dat projecten met significante milieueffecten moeten worden onderworpen aan een milieueffectrapportage (MER) of passende beoordelingsprocedures (Departement Omgeving, 2023).
Europese Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG) en Vogelrichtlijn (Richtlijn 2009/147/EG) – Deze Europese natuurregels zijn geïmplementeerd in het Vlaams natuurdecreet en soortenbesluit (European Commission, 2024).
Vlaamse milieureglementering – VLAREM II – In VLAREM II zijn specifieke sectorale milieuvoorwaarden opgenomen die gelden voor windturbine-installaties (Vlaams Parlement, 2023).
Relevante jurisprudentie – Het Hof van Justitie benadrukte in zaak C-127/02 Waddenzee dat pas toestemming voor een project nabij Natura 2000 mag worden gegeven als er geen redelijke wetenschappelijke twijfel is aan het uitblijven van schadelijke effecten (Hof van Justitie van de Europese Unie, 2004).
3. Ecologische Impact
3.1 Effecten op Natura 2000-gebieden en beschermde soorten
De beoogde locatie grenst onmiddellijk aan het Europees beschermd Natura 2000-gebied Bossen, heiden en valleigebieden van Zandig Vlaanderen: westelijk deel (gebiedscode BE2500004) (Agentschap Natuur en Bos, 2024). Hoewel het perceel zelf net buiten de formele grens ligt, vormt de nabijheid op zich een ernstig risico voor de instandhoudingsdoelstellingen van dit gebied.
3.2 Stikstofdepositie en hydrologische verstoring
Uit de projectinformatie blijkt dat de geplande windturbine een aanzienlijke negatieve impact kan hebben op omliggende natuurwaarden, habitats en soorten. De stikstofdepositie kan leiden tot een verstoring van bestaande ecosystemen en een verslechtering van de biodiversiteit in de regio (Departement Omgeving, 2023).
4. Impact op de Menselijke Leefomgeving
4.1 Geluidsoverlast en inbreuk op de geluidsnormen
Windturbines genereren continu geluid, zowel mechanisch (de gondel, generator, transmissie) als aerodynamisch (bladgeruis). Volgens de ingediende geluidsstudie zou de turbine voldoen aan de VLAREM II-grenswaarden op de meest nabije woningen (Vlaams Parlement, 2023). Echter, studies tonen aan dat langdurige blootstelling aan windturbinegeluid leidt tot verhoogde stresshormonen en slaapverstoring (World Health Organization, 2018).
4.2 Slagschaduw en visuele hinder
De turbine zal een dominante visuele impact hebben op het omliggende landschap. Slagschaduw kan aanzienlijke hinder veroorzaken, vooral tijdens de wintermaanden wanneer de zonnestand laag is en de schaduwen lang zijn. De visuele verstoring heeft een negatief effect op het welzijn van de omwonenden (European Environment Agency, 2022).
4.3 Veiligheidsrisico’s, inclusief mast- en bladbreuk, ijsvorming en brandgevaar
Moderne windturbines brengen risico’s met zich mee, zoals bladbreuk, mastinstabiliteit en ijsvorming in de winter. De veiligheidsstudie in het dossier vertoont hiaten en doet geen voorstel van een adequaat noodplan voor dergelijke scenario’s (Departement Omgeving, 2023).
5. Ruimtelijke Ordening en Landschappelijke Integratie
De geplande windturbine is problematisch in het licht van de geldende ruimtelijke plannen en het beoogde karakter van het gebied. Het project is niet in lijn met bestaande bestemmingsplannen en leidt tot disproportionele landschappelijke aantasting. De cumulatieve effecten met andere ontwikkelingen maken dat de ecologische draagkracht van het gebied wordt overschreden (Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, 2024).
6. Procedurele Tekortkomingen en Onregelmatigheden
6.1 Onvolledige milieueffectrapportage
De vergunningsaanvraag bevat geen volwaardig milieueffectrapport (MER), terwijl de schaal van het project dit vereist. Cruciale elementen zoals alternatieve locaties, zero-optie (niet uitvoeren) en een holistische cumulatieve impactanalyse komen nauwelijks aan bod in het dossier (Departement Omgeving, 2023).
6.2 Participatie en inspraak van omwonenden
Omwonenden voelden zich overvallen door de vergunningsaanvraag en er is geen actieve participatie geweest bij de ontwikkeling van het project. Hierdoor zijn belangrijke aspecten van het lokale ecosysteem niet in beschouwing genomen (European Environment Agency, 2022).
7. Conclusie en Eis
Wij verzoeken u met nadruk om de omgevingsvergunning niet te verlenen. Concreet vragen wij de weigering van de aangevraagde vergunning OMV 2024108940 voor de bouw en exploitatie van de windturbine.
Handtekening.
Referenties
Agentschap Natuur en Bos. (2024). Natura 2000-gebieden in Vlaanderen. ANB.
Departement Omgeving. (2023). Omgevingsvergunningsdecreet en milieueffectrapportage. Vlaamse Overheid.
European Commission. (2024). EU Habitats Directive 92/43/EEC & Birds Directive 2009/147/EC.
European Environment Agency. (2022). Impacts of renewable energy projects on biodiversity. EEA.
Hof van Justitie van de Europese Unie. (2004). C-127/02 Waddenzee.
Vlaams Parlement. (2023). VLAREM II sectorale voorwaarden voor windturbines.
World Health Organization. (2018). Environmental noise guidelines for the European region. WHO.
Voorbeeld 3:
Bezwaarschrift tegen de vergunningsaanvraag voor een windturbine in Kampveld, Oostkamp
Geachte,
Met dit bezwaarschrift maak ik formeel bezwaar tegen de vergunningsaanvraag met dossiernummer 2024108940 voor de bouw van een windturbine in het Kampveldgebied te Oostkamp. Dit project zal ernstige en blijvende schade veroorzaken aan de leefomgeving, natuur en volksgezondheid. De gekozen locatie ligt in de directe nabijheid van een Natura 2000-gebied, waardoor de milieu-impact zeer strikt beoordeeld dient te worden.
Op basis van de gezondheidsimpact, ecologische gevolgen, juridische precedenten en ruimtelijke bezwaren verzoek ik u met klem deze aanvraag af te wijzen.
1. Schade aan volksgezondheid en leefkwaliteit
Windturbines veroorzaken geluidsoverlast, infrasoon geluid en slagschaduw, die bewezen negatieve effecten hebben op de gezondheid van omwonenden.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) adviseert dat windturbinegeluid onder 45 dB L_den moet blijven, omdat hogere waarden leiden tot slaapproblemen, verhoogde stress en cardiovasculaire aandoeningen.
Onderzoek toont aan dat mensen die binnen een straal van 1,4 km van een windturbine wonen, meer slaapstoornissen en mentale stress ervaren.
Infrasoon geluid is een onderbelicht probleem: dit type geluid kan binnenshuis worden versterkt, wat de verstoring van slaap en concentratie verergert.
Daarnaast veroorzaakt slagschaduw niet alleen hinder, maar kan het bij langdurige blootstelling gezondheidsklachten zoals hoofdpijn en verhoogde stress veroorzaken. De aanvraag onderzoekt deze effecten niet voldoende, wat een zwaarwegend juridisch gebrek is.
2. Bedreiging voor natuur en biodiversiteit
De geplande windturbine wordt op te korte afstand van een Natura 2000-gebied geplaatst. Volgens de Europese Habitatrichtlijn is een diepgaande ecologische beoordeling verplicht, waarbij er geen enkele twijfel mag bestaan over het uitblijven van schadelijke effecten.
In het Sweetman-arrest (HvJ, C-258/11, 2013) werd geoordeeld dat een project alleen mag worden goedgekeurd als absoluut zeker is dat er geen significante schade optreedt.
De negatieve impact op trekvogels en vleermuizen is wetenschappelijk aangetoond. Windturbines doden jaarlijks gemiddeld 5 tot 20 vleermuizen per turbine, en een sterfte van slechts 1% per jaar kan leiden tot een populatieafname van 2 tot 24% binnen 10 jaar.
Volgens het People Over Wind-arrest (HvJ, C-323/17, 2018) mogen mitigerende maatregelen niet vooraf worden ingerekend in de beoordeling. Aangezien er geen sluitende garantie is dat er geen negatieve impact zal zijn, is een passende beoordeling verplicht.
Gezien de onvolledige impactanalyse en de duidelijke risico’s op ernstige natuurschade, kan deze vergunning niet worden verleend.
3. Juridische tekorten in MER en effectbeoordeling
De milieueffectrapportage (MER) voldoet niet aan de wettelijke vereisten. De Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVb) heeft eerder vergunningen vernietigd op basis van een onvolledige MER en gebrekkige effectbeoordeling (Asse, 2024; Zonhoven, 2016).
Het voorzorgsbeginsel stelt dat een vergunning alleen mag worden verleend als er geen redelijke wetenschappelijke twijfel bestaat over het uitblijven van schadelijke milieueffecten. Dit principe werd bevestigd in het Waddenzee-arrest (HvJ, C-127/02, 2004).
De EU-richtlijn 2011/92/EU (gewijzigd door 2014/52/EU) vereist dat een MER cumulatieve effecten onderzoekt, maar dit is in dit dossier onvoldoende gebeurd.
Aangezien het dossier gebrekkig is en geen sluitende milieu-evaluatie bevat, kan de vergunning niet worden verleend zonder in strijd te zijn met Europese en Vlaamse wetgeving.
4. Ruimtelijke ordening en clustering
De plaatsing van deze windturbine strookt niet met de beleidsmatige vereisten voor clustering.
In Kortrijk (2024) werd een solitaire windturbine niet als “bundeling” beschouwd, omdat de dichtstbijzijnde turbines op 1300m tot 2,2km afstand stonden.
De RvVb vernietigde in meerdere arresten (2019, 2020, 2021) vergunningen omdat afwijkingen van het clusteringprincipe onvoldoende gemotiveerd waren.
In het Barco-arrest (2024) werd erkend dat ook bedrijven en inwoners met zicht- en geluidshinder als belanghebbenden kunnen optreden in juridische procedures.
Dit project voldoet niet aan de vereisten voor clustering en ruimtelijke inpassing, wat een extra reden is om de vergunning te weigeren.
5. Oneerlijke vergunningsprocedure en misbruik van procedurele uitputting
Eneco past een strategie van proceduremisbruik toe, waarbij kleine wijzigingen in de vergunningsaanvraag worden doorgevoerd, zodat omwonenden steeds opnieuw bezwaar moeten indienen. Dit legt een oneerlijke druk op bewoners en lokale besturen.
Dit openbaar onderzoek werd opnieuw tijdens een vakantieperiode gepland (kerst 2024, krokusvakantie 2025), een terugkerend patroon dat inspraak belemmert.
Er werden geen voorafgaande informatiesessies georganiseerd, wat indruist tegen behoorlijk bestuur en transparantie.
Dit toont gebrek aan respect voor de lokale gemeenschap, wat opnieuw reden is om deze aanvraag te weigeren.
Conclusie: de vergunning moet worden geweigerd
Op basis van bovenstaande argumenten verzoek ik u met aandrang om de omgevingsvergunningsaanvraag af te wijzen.
✅ Het project veroorzaakt ernstige schade aan natuur en volksgezondheid.
✅ De MER en de passende beoordeling zijn juridisch onvoldoende.
✅ Het voorzorgsbeginsel wordt geschonden.
✅ De ruimtelijke inpassing is niet conform de beleidsdoelstellingen.
✅ Eneco ondermijnt inspraak en voert een ontransparante strategie.
Gezien de onherstelbare schade die dit project zal veroorzaken en de wettelijke tekortkomingen in de aanvraag, kan de vergunning niet worden toegekend.
Hoogachtend,
Comments